-
Opdrachtgever
Intercommunale Leiedal -
Ontwerpteam
HDSPV architecten + urbain architectencollectief (architectuur)
Denis Dujardin (landschapsontwerp) -
Ontwikkelaar
Ascot -
Fase
2020, wedstrijd, 2e laureaat -
Bouwbudget
8.650.000 euro excl. btw en erelonen (Nelca)
3.400.000 euro excl. btw en erelonen (Bergkapel) -
Locatie
Lendelede
Nelca en Bergkapel
Nieuwe woonwijken binnen dorpskernversterking
-
Opdrachtgever
Intercommunale Leiedal -
Ontwerpteam
HDSPV architecten + urbain architectencollectief (architectuur)
Denis Dujardin (landschapsontwerp) -
Ontwikkelaar
Ascot -
Fase
2020, wedstrijd, 2e laureaat -
Bouwbudget
8.650.000 euro excl. btw en erelonen (Nelca)
3.400.000 euro excl. btw en erelonen (Bergkapel) -
Locatie
Lendelede
Meer dorp, meer groen!
Het is bijzonder dat de intercommunale Leiedal en de gemeente twee sites in één en hetzelfde dorp samen aanboden voor ontwerp en ontwikkeling. Dit had goede redenen. Naast de evidente verschillen die beide opgaven specifiek maakten, deelden ze ook eenzelfde agenda. Voor beiden ging het om een versterking van de dorpskern, en om een vormgeving van de relatie tussen het dorp en het omliggende groen. Voor beide sites, Nelca en Bergkapel, werden woningtypes gezocht die op een innovatieve manier aansluiting vinden bij herkenbare dorpsruimtes. En beide sites grenzden aan open ruimtes met landschappelijke waarde, tot de vormgeving waarvan ze onmiskenbaar een belangrijke bijdrage zouden vormen.
Ook al verschilden de ontwerpvoorstellen even sterk van elkaar als de sites onderling van elkaar verschilden, de basishouding was dezelfde. We versterkten het dorp door de nieuwe woningtypes te ontwikkelen vanuit de waardering van het bestaande. In dat bestaande waardeerden we het specifieke en bijzondere hoger dan het generieke: daar vonden we de kiemen voor wat een nieuwe innovatieve ontwikkeling gaat worden. Een vrijstaande herenwoning achter een muur echoot in driegevelwoningen in een ommuurde tuin; het karaktervolle achterinliggende fabriekje verscheen opnieuw als rijtjes loftwoningen in een gedeelde tuin; de fermette veranderde in tot schuren geschakelde boerderijwoningen tussen een gedeeld erf en het open landschap (Bergkapel). Villa’s in een botanisch rijke parktuin schaalden op naar kleine appartementsvilla’s in een groter park; rijwoningen transformeerden tot patiowoningen met een kleinere, maar intenser beleefde tuin (Nelca).
Uit het beste van het dorp van nu groeit het dorp van morgen. De nieuwe woningen pasten bij het dorp, maar ze maakten een intensiever gebruik van de zeldzaam wordende grond. Ze maakten binnen- en buitenruimte voor het eigen gezin, maar ze stonden open voor collectief gedeelde ruimtes die de eigen ruimte verlengden. Het waren woningen waar de buur niet als een te mijden vreemde, maar als een nabije bekende werd tegemoetgetreden: een dorpsgevoel als tegengif voor anonimiteit en vereenzaming. De binnenruimtes hadden een verlengstuk in een toeëigenbare buitenruimte, maar ze hielden ook zicht op een bijzondere boom, een grootschalige publieke ruimte, de horizon van het landschap. De woningen gingen niet ten koste van het dorp: ze maakten het dorp, en openden het zicht op het grotere geheel.
Dat laatste is met name nagestreefd in de behandeling van de open ruimte. Op beide sites hebben we de geboden vrijheidsgraden zo ingevuld, dat de grootst mogelijke aaneengesloten open ruimtes ontstaan. We zochten naar articulatie, maar gingen in tegen versnippering. Voor Bergkapel werd de opgelegde zichtlijn naar het open landschap de grens van de publieke ruimte: we zagen af van de mogelijkheid tot verdere opdeling. Aan de Heulsestraat bebouwden we de randen van het tuinperceel, en hielden het midden van de tuin vrij. De nieuwe doorsteek tussen Stationstraat en Rozebeekstraat werd ingeleid met een park dat de straat overstak en de waardevolle bomen aanvulde en opwaardeerde. Betere groenverbindingen, grotere onverharde ruimtes speelden een centrale rol in onze duurzaamheidsaanpak. Daarbij waakten we erover, dat dit groen eenvoudig en duurzaam beheerbaar was, en dat het onderhoud niet op zijn beurt tot meer CO2-uitstoot leidde.