Doornstraat
ver­bou­wing bun­ga­low uit de jaren 60

136 F 34
  • Opdrachtgever
    privé
  • Ontwerpteam
    urbain architectencollectief (architectuur)
    Stabex (stabiliteit)
  • Fase
    2023, opgeleverd
  • Locatie
    Brugge
136 I

De opdracht bestond erin een alleen­staan­de bun­ga­low uit de jaren zes­tig ener­ge­tisch te reno­ve­ren en uit te brei­den met een dak­ver­die­ping. urbain archi­tec­ten­col­lec­tief werd aan­ge­spro­ken om de wen­sen van de opdracht­ge­ver ruim­te­lijk te ver­ta­len, met aan­dacht voor woon­kwa­li­teit en duurzaamheid.

urbain archi­tec­ten­col­lec­tief ont­wik­kel­de een nieuw grond­plan, dat zorgt voor een sub­tie­le opde­ling van de woning. Daarbij werd ver­trok­ken van­uit de dui­de­lij­ke hoofd­struc­tu­ren die reeds in de bestaan­de woning aan­we­zig waren. Het plan zet in op twee leef­ruim­tes, die ont­slo­ten wor­den via een cen­traal gele­gen inkom­par­tij en van elkaar geschei­den wor­den door een was­ber­ging en bad­ka­mer. Door deze scha­ke­ling zijn er nage­noeg geen cir­cu­la­tie­ruim­tes in de woning.

De rui­me woon­ka­mer en keu­ken staan sub­tiel in con­tact met elkaar en wor­den gescha­keld in een L‑vorm, maxi­maal gericht op de zuid­ge­rich­te tuin. De tra­di­ti­o­ne­le leef­ruim­te wordt aan­ge­vuld met een twee­de ruim­te, die de ver­schil­len­de nacht­func­ties met elkaar ver­bindt en breed inzet­baar is. De ruim­te heeft veel dag­licht en kan wor­den gebruikt om te stu­de­ren, te strij­ken, te spe­len, te lezen,… in con­tact met de tuin. Het is een over­maat­se nacht­hal met bij­zon­de­re kwa­li­tei­ten. Centraal in de ruim­te ver­trekt een sculp­tu­ra­le open wen­tel­trap naar de ouder­slaap­ka­mer, die als een extra volu­me op het plat­te dak werd toe­ge­voegd. Samen met het hoe­ki­ge grond­plan, waar­bij de ver­schil­len­de plan­de­len iets ver­scho­ven zijn ten opzich­te van elkaar, zorgt de toe­voe­ging voor een geba­lan­ceerd volumespel.

De woning werd voor­zien van een vol­le­dig nieu­we dak­struc­tuur, waar­bij de nieu­we hou­ten bal­ken, gelak­te sta­len lig­gers en kolom­men in het zicht blij­ven. Ze zijn een eer­lij­ke ver­ta­ling van de struc­tuur in het inte­ri­eur. Het hout van de roos­te­ring vormt — samen met de hou­ten kaders van de die­pe raam­nis­sen — een mooi ant­woord op de indu­stri­ë­le betonvloer.

De bestaan­de bui­ten­mu­ren wer­den voor­zien van een nieu­we bui­ten­schil bestaan­de uit een geï­so­leer­de houtske­letstruc­tuur, bekleed met ver­ti­ca­le, don­ker­groen geo­lie­de plan­ken. De kleur werd ook ver­der uit­ge­werkt in inte­ri­eu­rele­men­ten en het bui­ten­schrijn­werk. De detail­le­ring van de plan­ken­ge­vel zorgt voor een rit­mi­sche gevel die speelt met het zon­licht. Doorheen de dag krijgt de woning steeds weer een ande­re tex­tuur. De ver­ti­ca­le plan­ken­ge­vel wordt voor­zien van een hoge plint in vezel­ce­ment­pla­ten en een dak­rand bekleed met zink, die ter hoog­te van de inkom en het ter­ras een lui­fel vormt. De opbouw van de lui­fel met hou­ten roos­ter­bal­ken blijft ook hier zichtbaar.

Door de door­ge­dre­ven iso­la­tie van de bui­ten­schil en de aan­dacht voor lucht­dicht­heid, was het moge­lijk om de woning te ver­war­ming op lage tem­pe­ra­tuur. Er werd geko­zen voor een geo­ther­mi­sche warm­te­pomp met hoog ren­de­ment, in com­bi­na­tie met vloer­ver­war­ming, waar­door ook pas­sie­ve koe­ling moge­lijk is. De warm­te­pomp wordt gevoed door een PV-instal­la­tie op het plat­te dak, een ven­ti­la­tie­sys­teem D met warm­te­re­cu­pe­ra­tie zorgt voor een goe­de lucht­kwa­li­teit in de woning.